Anticonceptie.

Het is na een zwangerschap lastig te voorspellen wanneer je weer vruchtbaar bent. Sommige vrouwen zijn zes tot acht weken na de bevalling weer vruchtbaar, anderen pas na een half jaar. Ook als je volledig borstvoeding geeft, kan je toch weer vruchtbaar zijn.
Het is daarom verstandig om tijdig na te denken over anticonceptie. 
Er is tegenwoordig veel keus in anticonceptie. Er zijn middelen met hormonen (de pil, hormoonhoudende spiralen, implanon, nuvaring) en middelen zonder hormonen (condoom, koperspiraaltje, sterilisatie).
Aan het eind van de kraamtijd zullen we altijd de anticonceptie met jullie bespreken. Hebben jullie eerder vragen hierover, neem dan gerust contact met ons op.
Hieronder geven we alvast wat informatie over de verschillende mogelijkheden.

Condoom.
Met een condoom voorkom je dat zaadcellen de baarmoeder in kunnen komen. Hierdoor kan er dus geen bevruchting plaatsvinden. Het is een hormoonvrije methode, waardoor je eigen menstruatiecyclus in stand blijft. Bijkomend voordeel van een condoom is, dat het ook bescherming biedt tegen geslachtsziekten. Houd er rekening mee dat in sperma-voorvocht ook zaadcellen kunnen voorkomen. Het is dus belangrijk om een condoom tijdig om te doen.

De pil (orale anticonceptie).
Er zijn veel verschillende anticonceptie pillen verkrijgbaar. De meeste soorten bevatten een combinatie van twee hormonen: oestrogenen en progestagenen. Bij deze pillen is er een stopweek, waarin je een onttrekkingsbloeding (menstruatie) krijgt. Door de hormonen in de pil vindt er doorgaans geen eisprong plaats, waardoor er dus ook geen bevruchting mogelijk is. Tevens wordt je slijmvlies van vagina en baarmoeder taaier, waardoor zaadcellen minder goed kunnen voortbewegen.
Er zitten wel een aantal nadelen aan het gebruik van de pil: je kan hem vergeten, de pil is niet betrouwbaar bij diarree, braken en antibioticagebruik en je kan last krijgen van stemmingswisselingen. Tevens biedt de pil geen bescherming tegen geslachtsziekten.
Geef je borstvoeding, dan wordt het gebruik van de combinatiepil afgeraden. De oestrogenen in deze pil kunnen namelijk de melkproduktie afremmen.
Er is dan wel een alternatief mogelijk, namelijk de pil waarin alleen progestagenen zitten. Deze pil wordt ook wel de "borstvoedingspil" genoemd. Deze pil heeft geen stopweek; je krijgt er dan ook geen regelmatige onttrekkingsbloedingen van. Hij is wel net zo veilig als de combinatiepil. Ook als je geen borstvoeding (meer) geeft, kan je deze pil gewoon gebruiken.
Meer informatie over de verschillende soorten pillen is te vinden op: http://www.anticonceptie.nl/product/anticonceptiepil/

Het spiraaltje (IUD).
Een spiraaltje wordt geplaatst in de baarmoeder. Hierdoor kan een bevruchte eicel niet innestelen in de baarmoeder en zal er geen zwangerschap ontstaan. Een hormoonhoudend spiraaltje zorgt er tevens voor dat het slijmvlies van vagina en baarmoeder taaier wordt, waardoor zaadcellen minder goed kunnen voortbewegen. Ook vindt er bij een hormoonhoudend spiraaltje vaak geen eisprong plaats.
Een spiraaltje heeft voordelen: je hoeft na plaatsing nergens meer aan te denken, ook bij diarree, braken en antibioticagebruik blijft een spiraaltje werkzaam en bij een hormoonhoudend spiraaltje wordt je vaak niet ongesteld (of je vloeit een stuk minder bij een bloeding).  Nadelen kunnen zijn dat je soms continu blijft vloeien of dat je last blijft houden van buikpijn (dit komt echter niet vaak voor). Tevens biedt het geen bescherming tegen geslachtsziekten. 
Hormoonhoudende spiralen zijn de Mirena en de Kyleena. In deze spiralen zitten alleen progestagenen, waardoor ze ook te gebruiken zijn tijdens borstvoeding. Er zit voor vijf jaar hormonen in het spiraaltje. Daarna kan je hem laten vervangen door een nieuwe.
Een koperspiraaltje bevat geen hormonen. Bij dit spiraaltje blijft je eigen menstruatiecyclus intact. Dit spiraaltje is een goede optie als je geen hormonen mag of wilt hebben. Je kan wel iets ruimer vloeien of iets meer last van buikpijn hebben tijdens je menstruaties.

Bij ons in de praktijk is Odéje bevoegd om spiralen te plaatsen. Zowel voor als na het plaatsen van een spiraaltje zal ze een echo maken. Zes weken na het plaatsen wordt er nogmaals een echo gemaakt om te kijken of het spiraaltje nog goed in de baarmoeder zit. 
Meer informatie kunnen jullie vinden op: http://www.anticonceptie.nl/product/spiraaltje

Implanon (anticonceptiestaafje).
Implanon is een staafje met horomonen dat onder de huid van de bovenarm wordt geplaatst. Dagelijks komt er een lichte dosis hormonen vrij. Het staafje is drie jaar werkzaam. Je menstruatiepatroon kan veranderen. Het kan ook zijn dat je helemaal niet meer vloeit. Het staafje wordt geplaatst door de huisarts.
Kijk voor meer informatie op: http://www.anticonceptie.nl/product/anticonceptiestaafje/implanon-nxt/

Nuvaring.
De nuvaring is een zachte ring die in de vagina geplaatst wordt. Dit kan je zelf doen. Deze ring geeft dagelijks een kleine dosis hormonen af (combinatie van twee verschillende hormonen). Na drie weken verwijder je de ring en is er een stopweek. Dan word je ook ongesteld. Hierna breng je een nieuwe ring in. 
Meer informatie kan je hier vinden: http://www.anticonceptie.nl/product/anticonceptiering/nuvaring/

Sterilisatie.
Als jullie er zeker van zijn dat jullie geen nieuwe kinderwens meer hebben, dan kunnen jullie voor sterilisatie kiezen. Sterilisatie is een definitieve vorm van anticonceptie. Het is heel lastig en vaak zelfs onmogelijk om een sterilisatie ongedaan te maken.
Bij de sterilisatie van de man worden de zaadleiders onderbroken. Hierdoor kunnen er geen zaadcellen meer in het sperma komen. Het is een eenvoudige ingreep die poliklinisch gedaan wordt.
Bij de sterilisatie van de vrouw worden de eileiders onderbroken, waardoor zaadcellen niet meer bij een eicel kunnen komen. Deze ingreep vindt op de operatiekamer plaats. Je moet hiervoor onder narcose. 
De vaginale vorm van sterilisatie bij de vrouw wordt in Nederland momenteel niet meer toegepast.
Kijk voor meer informatie eens op: http://www.anticonceptie.nl/product/sterilisatie/

Nog vragen? Stel ze